Het gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme (GAM) is het EU-systeem voor de ordelijke liquidatie van falende banken binnen de bankenunie om dure bails-outs te vermijden. Volgens een nieuw verslag van de Europese Rekenkamer (ERK) is er bij het GAM sinds de oprichting ervan in 2015 vooruitgang geboekt wat betreft de voorbereiding van de afwikkeling van banken. De controleurs stellen echter vast dat er op bepaalde cruciale gebieden verdere stappen nodig zijn. De Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad (GAR) moet alle relevante beleidslijnen vaststellen die vorm geven aan afwikkelingsmaatregelen, en tekortkomingen in de kwaliteit, tijdigheid en consistentie van zijn eigen afwikkelingsplanning aanpakken. Andere essentiële kwesties, zoals financiering bij afwikkeling en harmonisatie van nationale insolventieprocedures voor banken, moeten door de wetgevers worden opgelost.
Het GAM-rechtskader voorziet in instrumenten voor de liquidatie van banken zodra de afwikkelingsautoriteit — de GAR voor belangrijke en grensoverschrijdende banken en de nationale afwikkelingsautoriteiten (NAA’s) voor minder belangrijke banken in hun respectieve rechtsgebieden — heeft besloten dat een falende bank niet de normale insolventieprocedures krachtens nationaal recht kan doorlopen. De autoriteiten moeten zich voorbereiden voor het geval dat een dergelijke gebeurtenis zich voordoet door voor elke bank een afwikkelingsplan op te stellen en dit in principe jaarlijks te actualiseren.
“Bij het GAM is de laatste jaren vooruitgang geboekt maar er zijn verdere stappen nodig om de ordelijke
liquidatie van falende banken naar behoren te plannen”, aldus Rimantas Šadžius, het voor het verslag
verantwoordelijke ERK-lid. We constateerden dat de beleidslijnen nog niet op alle relevante gebieden
waren gericht en tekortkomingen vertoonden. De kwaliteit van de afwikkelingsplannen is verbeterd,
maar de plannen voldeden niet altijd aan de vereisten. Bovendien heeft de GAR belemmeringen voor de
afwikkelbaarheid van een bank niet naar behoren vastgesteld en aangepakt. Het verhelpen van deze
tekortkomingen zou ertoe bijdragen dat de belastingbetaler niet weer de rekening gepresenteerd
krijgt.”