De Europese Rekenkamer (ERK) heeft de Russische inval in Oekraïne scherp veroordeeld en is begonnen met het organiseren van humanitaire hulpverlening voor de slachtoffers van de Russische agressie. “Iedereen in onze instelling staat pal achter het Oekraïense volk”, aldus de ERK in een verklaring op haar website en sociale netwerken. “Dit zijn donkere dagen voor Europa. Meer dan ooit moet de EU nu eensgezindheid tonen.”
Onmiddellijk na het begin van de Russische aanval betuigde ERK-president Klaus-Heiner Lehne namens de instelling zijn solidariteit aan Valerii Patskan, voorzitter van de Rekenkamer van Oekraïne, in een brief waarin hij zijn afschuw over de wrede agressie uit en het lijden van het Oekraïense volk ten diepste betreurt.
De Rekenkamer heeft zich gewend tot de internationale gemeenschap van hoge controle-instanties (HCI’s) om een gemeenschappelijke aanpak ter ondersteuning van de Oekraïense collega’s te coördineren en de waarden van onafhankelijkheid en democratie te verdedigen. De ERK is stellig van oordeel dat de Rekenkamer van de Russische Federatie afstand moet doen van haar deelname aan internationale organisaties als INTOSAI en EUROSAI. Daarnaast streeft zij naar een gezamenlijk standpunt van het Contactcomité van de hoge controle-instanties van de Europese Unie waarin de Russische inval wordt veroordeeld. Dit standpunt moet worden gericht aan de gehele INTOSAI-gemeenschap.
Als teken van solidariteit van de Rekenkamer met het Oekraïense volk is de Oekraïense vlag gehesen voor haar hoofdkantoor in Luxemburg. De gebouwen van de Rekenkamer zullen bovendien 's nachts worden verlicht in de Oekraïense nationale kleuren, blauw en geel.
De hulp die de instelling biedt, houdt meer in dan alleen gebaren. Het ERK-personeel verleent praktische bijstand, onder meer door geld in te zamelen voor een humanitaire organisatie die kwetsbare mensen helpt. De medische dienst van de Rekenkamer heeft ook een inzameling van middelen voor eerste hulp georganiseerd die onmiddellijk naar Oekraïne worden verstuurd.